De zorgstandaard vasculair risicomanagement vormt een aanvulling op de multidisciplinaire CBO-richtlijn/NHG-Standaard cardiovasculair risicomanagement3. In de richtlijn vindt u welke patiënten in aanmerking komen voor vasculair risicomanagement, hoe u bij deze patiënten de hoogte van het risico voor hart- en vaatziekten kunt bepalen en welke behandelingen effectief zijn om dit risico te verlagen. In deel I van deze zorgstandaard vindt u aanwijzingen voor de organisatie van de zorg die in de richtlijnen wordt geadviseerd. U krijgt antwoord op de vraag welke elementen noodzakelijk zijn voor goed vasculair risicomanagement. De zorgstandaard schrijft geen specifieke interventies voor. Daardoor blijft het mogelijk om de zorg aan lokale omstandigheden aan te passen. Het zorgproces wordt ingedeeld in vier fasen: identificatie, onderzoek, behandeling en follow-up.
De volledige tekst van de Zorgstandaard: www.zorgstandaardCVRM.nl
Voor de patiënt bestaat de informatie uitdeel II van de Zorgstandaard Cardio Vasculair Risicomanagement. Dit deel van de zorgstandaard is bedoeld voor mensen die meer kans hebben om hart- of vaatziekten te krijgen. En die de kans op een hart- of vaatziekte willen verkleinen. Dit deel is ook bedoeld voor mensen die al een hart- of vaatziekte hebben. En die ervoor willen zorgen dat de hart- of vaatziekte die ze al hebben, niet verergert. Een hart- of vaatziekte is een ziekte aan hart of bloedvaten. Bijvoorbeeld een hartinfarct, hartkramp (angina pectoris), een beroerte of etalagebenen (claudicatio intermittens). Mensen met meer kans op hart- en vaatziekten en mensen met een hart- of vaatziekte, hebben deze zorgstandaard samen met zorgverleners gemaakt. Zij werken samen in het Platform Vitale Vaten. Het Platform Vitale Vaten is gestart door patiëntenorganisaties voor hart- en vaatziekten, inclusief beroerte en de Diabetesvereniging Nederland. In totaal zijn 28 organisaties actief in het Platform Vitale Vaten. Hun doel is ervoor te zorgen dat vasculair risicomanagement goed wordt uitgevoerd.
U werkt eraan om de kans op een hart- of vaatziekte zo klein mogelijk te maken. Of om de hart- of vaatziekte die u al heeft, niet erger te laten worden. U hebt zorgverleners die u daarbij helpen. Door u te behandelen en door u te helpen bij het veranderen van uw leefstijl. Dit samen noemen we vasculair risicomanagement. De tekst van deel II van de Zorgstandaard Vasculair Risicomanagement is afgestemd op deel I, het deel voor de zorgverleners. De zorgstandaard bouwt verder op de multidisciplinaire CBO richtlijn / NHG-Standaard Cardiovasculair Risicomanagement die in 2006 is ontwikkeld.